Districtshoofden verzetsgroep André, inclusief Dirk Versteeg
Districtshoofden verzetsgroep André, inclusief Dirk Versteeg Streekarchief

(On)bekende gezichten van WO II

16 augustus 2021 om 13:40

D.N. Versteeg, kleine man met grootse daden

GORINCHEM Sinds 3 jaar verdiept Sjaak Kouwenhoven zich in de gebeurtenissen in en rond Gorinchem tijdens de Tweede Wereldoorlog. ,,Het is mijn streven om deze ‘vergeten’ moedige mensen inclusief de (Joodse) slachtoffers uit Gorinchem een gezicht te geven door af en toe een verhaal over hen te schrijven in de in De Stad Gorinchem. Opdat wij niet vergeten.”


door Sjaak Kouwenhoven

Dirk Nicolaas Versteeg (25 december 1903 – 27 november 1978)

Rol : Verzetsstrijder.


 Het is 10 mei en de Duitsers vallen Nederland binnen met behulp van pantsertreinen en grote eskaders van de Luftwaffe die boven Rotterdam parachutisten - ‘fallschirmjäger’ - dropten om daar de strategische punten, de Maasbruggen en het militaire vliegveld Waalhaven te veroveren.
Dirk Versteeg was als marineman in Rotterdam gestationeerd en snelde op zijn fiets naar de RDM-werf die op 100m van het vliegveld lag. Op deze werf lagen viertorpedojagers van de marine, waaronder de Tjerk Hiddes en de Callenburgh. Deze marineschepen waren nog in aanbouw en de taak van Versteeg was toe te zien op de inbouw van de zend- en ontvangstapparatuur. Enkele uren later werd het vliegveld gebombardeerd en werd het door de Duitsers ingenomen.


EERSTE VERZETSDAAD Terwijl er zwaar werd gevochten en Stuka’s doelen op de rivier en op de grond bestookten, liep Versteeg naar zijn commandant en verzocht hem om toestemming om met een helper naar de magazijnen van de RDM te gaan met als doel de kisten met geheime marinedocumenten te vernietigen. Geheel op eigen risico roeiden Versteeg en een vrijwilliger, beiden verkleed als bootwerkers, met de boot de Maas over. Ze hebben daar ingebroken bij de magazijnen en met veel moeite de zware kisten met documenten vanaf de 1e etage naar beneden gegooid.
Deze braken open en vlogen uit elkaar. Daarna zijn ze op zoek gegaan naar benzine en olie en staken ze alle papieren in de brand. Dit alles gebeurde onder de ogen van de Duitsers die inmiddels vliegveld Waalhaven hadden bezet. Dit was Versteegs eerste daad van het verzet tegen de Duitsers.

 Enkele dagen later werd Rotterdam gebombardeerd en tekende generaal Winkelman de onvoorwaardelijke overgave van de Nederlandse troepen. Diezelfde avond voerden Versteeg en leden van het (marine)personeel van de RDM in het donker hun volgende plan uit. Ze sleepten de vier torpedojagers naar het midden van de Waterweg en lieten ze daar, dwars in de vaargeul, zinken. Er kon geen schip meer in of uit. Versteeg bond de oorlogsvlag van de Tjerk Hiddes zijn om zijn naakte lichaam en wist verkleed als bootwerker met de overige mannen te ontkomen aan de Duitsers. Een wonder dat ze dit hebben overleefd. De vlag is nog steeds in het bezit van de familie.
Op weg naar huis zag Versteeg de verschrikkingen van de oorlog, overal lijken, vernielde vliegtuigen met verkoolde lichamen, maar hij wist heelhuids thuis te komen

 Dirk Versteeg, 37 jaar, was getrouwd met de Gorcumse Lena van Kralingen en ze hadden vijf kinderen. Het gezin woonde in 1940 in de Akkermanstraat te Rotterdam. Sinds 1922 was Versteeg in dienst van de Koninklijke Marine Nederland. Als matroos/telegrafist maakte hij binnen de marine een bliksemcarrière. Hij behoorde in zijn opleidingen altijd tot de besten en werkte zich op tot sergeant-majoor en was o.a. werkzaam in Indonesië en, eind jaren ‘30, radio-instructeur voor de opleiding (onder)officier vlieger. Twee maanden voor het uitbreken van de oorlog werd Versteeg in Rotterdam geplaatst bij de afbouw van vier nieuwe jagers voor controle op de inbouw van nieuwe zend- en ontvangstapparatuur.

Kort na de capitulatie verhuisde het gezin Versteeg naar Gorinchem en betrok een woning in de Hugo de Grootstraat. De eerste paar maanden werkte Versteeg in de boomgaard van de Goey in de Lingewijk. 


DUITSERS DWARSBOMEN Toen kwam er een brief binnen van de heer A.J. Teunissen van glasfabriek De Merwede in Dordrecht. Aangezien Versteeg dacht dat het om een baantje ging, fietste hij de volgende dag meteen naar Dordrecht. Teunissen vertelde echter dat hij van een hoge marineofficier had gehoord dat Versteeg absoluut betrouwbaar was en heel graag de Duitsers wilde dwarsbomen. Hij wilde dat Versteeg pro deo voor hem aan het werk ging om geld in te zamelen voor de gezinnen van militairen en zeevarenden. Teunissen zou hem voorzien van de adressen waar het geld kon worden afgegeven.
Versteeg zegde niet meteen toe, hij wilde eerst informatie inwinnen en ook het voorstel bespreken met zijn vrouw. Die kon zich goed verplaatsen in de situatie van die vrouwen en reageerde positief. Het kon haar en de kinderen namelijk ook overkomen, zo redeneerde zij.

Dirk ging nog naar notaris Brouwer (ook een betrouwbare vaderlander) om het voorstel te bespreken. Teunissen bleek betrouwbaar. Hij zamelde namelijk al geld in voor iedereen die ten gevolge van de Duitse maatregelen in moeilijkheden kwam. Eind 1940 had hij 8 of 9 kernen die hem het geld afdroegen. Teunissen zou kort tijd later in het bestuur van de Zeemanspot van kapitein Filippo uit Rotterdam worden opgenomen. Walraven van Hall (’Bankier van het verzet’) zat ook in dat bestuur.


NIEUW PERSOONSBEWIJS Versteeg besloot dan ook in te gaan op het voorstel van Teunissen. Deze gaf hem een paar adressen. Versteeg had al een aantal contacten in Gorinchem e.o. en het ophalen van geld en goederen, bijvoorbeeld bij de boeren, begon al snel te lopen. Het mocht alleen niet opvallen dus Versteeg bleef in de boomgaard werken.
Hij had wel een nieuw persoonsbewijs nodig want op dit document stond immers dat hij militair was en dat kon ongunstig uitpakken.
Op het gemeentehuis verzocht hij om een ander persoonsbewijs waarop stond dat hij landarbeider was, maar hij kreeg nul op het rekest. Burgemeester van Rappard stond het onder geen beding toe.
Gelukkig waren er andere ‘goede’ ambtenaren die Versteeg wel voorzagen van de benodigde persoonsbewijzen. Dirk Versteeg werkte onder valse namen als Dirk Gerritsen en Dirk de Jong.

Versteeg zijn werk (geld/goederen ophalen en wegbrengen) breidde zich al snel uit en hij kreeg contacten in de Alblasserwaard, Vijfheerenlanden, Schoonhoven, Bommelerwaard, Langstraat, Land van Heusden en Altena, Biesbosch etc. De rayons werden opgebouwd uit cellen (adressen) die door iedereen benaderd konden worden bv winkels, doktoren, notarissen, ambtelijke instanties. Elk rayon bevatte vijf of 6 man waarmee Versteeg om beurten contact had.

Daar hij alles persoonlijk deed, heeft hij een enorm aantal kilometers op de fiets afgelegd, vaak verkleed in de vreemdste vermommingen, onder meer in Duitse en politie-uniformen, met snor, met bril etc. Ondertussen moesten de eerste onderduikers geplaatst worden en werd er gesproken over geheim vervoer over de rivieren de Merwede, de Lek en de Bergsche Maas. Ook werd er al gespioneerd bij de Duitsers en zette Versteeg een pilotenlijn op richting de Belgische grens.

Versteeg had intussen veel steunpunten, kreeg overal hulp en haalde geld op: enkele honderdduizenden guldens, een enorm bedrag, zeker in die tijd. Natuurlijk bleef zijn werk niet onopgemerkt en stond de SD (Sicherheitsdienst) voor zijn deur in de Hugo de Grootstraat. Versteeg was verraden, maar werd tijdig gewaarschuwd. Vanaf dat moment werd Versteeg dus gezocht door de Gestapo en de SD en moest hij onderduiken. Hij liet zijn snor staan, zette een bril op en regelde een persoonsbewijs met de naam Dirk Gerritsen, CCD-ambtenaar.

Het verzetswerk nam steeds grotere vormen aan maar het lukte Versteeg nog steeds om de zaken te regelen, ondanks dat hij gezocht werd en op verschillende plekken in Noord-Brabant (Dussen, Almkerk) ondergedoken zat. Vanuit Brabant (door Cor van der Hooft) werd aan Versteeg gevraagd om commandant te worden van een nieuw op te richten knokploeg maar daar zag Versteeg vanaf omdat hij zijn zelf opgezette netwerk niet wilde opgeven.


Hoe Versteeg zijn verzetswerk voortzette en het steeds groter worden gevaar wist te bezweren is te lezen in zeer uitgebreid artikel op www.destadgorinchem.nl


HART OP DE TONG Dirk Versteeg wist uiteindelijk de oorlog te overleven en een half jaar na de bevrijding werd hij meer dan terecht beloond voor zijn ondergronds werk. In het bijzijn van vele vrienden uit het verzet werd hij bevorderd tot 1e Luitenant. Versteeg was een kleine man, maar zijn daden waren groot, hij was eerlijk en rechtvaardig en hij had het hart op de tong hetgeen sommige bekende stad- en streekgenoten al snel merkten. Zo was hij totaal niet te spreken over de rol van burgemeester Van Rappard en een deel van de Gorcumse politie en liet ze dat ook direct weten.

Afbeelding