Afbeelding
Jos Huibers

Vanaf de Wal: Gratis!

5 december 2021 om 15:58 Column Vanaf de Wal

,,Weet u misschien een fietsenstalling, meneer?” De vraag werd gesteld door de vrouwelijke helft van een zomers paar, gehuld in strakke, sportieve fietskledij, gezeten op twee fraaie sportieve toerfietsen, die een lieve duit gekost moesten hebben. Dat kon je zien aan de grote hoeveelheid tandwielen, kabeltjes, hendeltjes en metertjes op het ingenieus vormgegeven stuur. Zij droegen beiden een korte strakke broek rond de tanig gespierde benen. Geoefende fietsers, zeg maar. 

Ja, het was misschien wat laat in het jaar, zo begin december, maar ze moesten en zouden Gorinchem zien. Ze hadden er zoveel leuke dingen over gehoord en gelezen en in de zomer was het er niet van gekomen, omdat de fietsreis door Europa wat meer tijd had gekost dan vooraf gedacht. Vandaar. ,,En de mooiste vestingstad van het land word je niet zomaar immers.” Ze lachten erg vriendelijk.

,,Natuurlijk hebben wij een fietsenstalling in onze mooie stad”, sprak ik blij en een beetje trots, want wie in Gorinchem woont, moet bereid zijn te promoten. Dat vind ik dan. ,,Het is een overdekte en bewaakte in een voormalig winkelpand. De wethouder heeft hem hoogstpersoonlijk geopend, met veel vertoon, vertier en ballonnen en ook de komst van de duizendste bezoeker is grootscheeps gevierd”, zong ik blijmoedig. ,,Komt u maar mee, ik wijs u de weg.” 

Openen doe ze hier uitbundig, natuurlijk, maar sluiten, dat houden ze klein

Zij volgden mij fietsend, heel langzaam natuurlijk, dat konden ze ook. Onderweg schepte ik een beetje op over onze stad. Dat wij zo grootmoedig maar liefst 300 asielzoekers hadden opgevangen in een voormalig belastingkantoor. Maar liefst een hele maand. De nood was immers hoog en dan betuigen wij Gorcumers onze overstelpende naastenliefde. Wij zijn namelijk ook een hele tolerante stad. Nee, nee, langer dan een maand, dat kon natuurlijk niet, want er woonden een paar mensen in de wijk die erg veel last hadden van het idee op zich, begrijpt u. Dus nu had wethouder het plan ze op een cruiseschip te laten inschepen. Als de aanwonenden tenminste akkoord gingen. Bovendien is men hier de komende vijf jaar intensief in gesprek over kleinschalige opvang. Dus wij hopen enorm dat er dan nog voldoende asielzoekers zijn. Het sportieve stel had het toch een beetje koud, er verscheen wat kippenvel. ,,Je moet wel in beweging blijven”, bibberde de man. Zij luisterden vol bewondering naar mijn wervende verhalen. ,,Een fijne stad, Gorinchem!”

,,Een schouwburg, zegt u?” ,,Jazeker, alleen, die is gesloten. Er wordt nu al een jaar of vijf, zes vergaderd over de toekomst van het theater. Ja, de zaken worden hier grondig en degelijk aangepakt. Men gaat hier niet over één nacht ijs, haha.” Je moet wat zeggen immers, om het gezicht van Gorinchem te redden.

Inmiddels waren we gearriveerd in de Kruisstraat, bij de overdekte fietsenstalling. Tot mijn verbijstering en schaamte bleek deze verdwenen, opgeheven, weg dus. Ik kleurde rood en stotterde. ,,Openen doe ze hier uitbundig, natuurlijk, maar sluiten, dat houden ze klein, om kosten te besparen, zodat de gelden die je uitspaart nuttig kunnen worden besteed, begrijpt u wel?” Ze begrepen het geloof ik niet.

Niet overdekt, geen bewaking, en geen stekkertje om op te laden

We zochten en vroegen vervolgens geruime tijd in het rond op zoek naar de plek waar de fietsen veilig konden worden gestald. Want een dergelijk prijzig rijwiel kwak je niet achteloos tegen een willekeurige muur. Vergeefs en steeds wanhopiger. Per slot stuitten we bij toeval op een met hekjes omheind stukje stoep nabij de gesloten schouwburg. ,,Parkeer hier gratis je fiets”, stond er in overdreven kapitalen op felgekleurd gespannen zeildoek. De enorme P deed een voorziening veronderstellen die binnen het hek geenszins werd waargemaakt. Er stond welgeteld één fiets, waarmee de fietsdichtheid een stuk lager lag dan in de rest van de omringende binnenstad. 

,,Niet overdekt, geen bewaking, en geen stekkertje om op te laden”, bromde de man. ,,Maar het is wel gratis, Harm”, kraaide de vrouw. ,,Dat moest er bij komen”, gromde de man. ,,Dat ze ergens een stukje hek neerzetten en dan entree gaan vragen. Is dit soms ook grootscheeps geopend?”, vroeg hij spottend. Ik dacht van niet. ,,Kom we gaan naar Woudrichem”, zei de man, ,,of vaart de pont soms niet meer in december?” Ik wist het niet zeker. “Een fijne dag nog”, mompelde ik. En ik trok me terug. Schielijk.

Jos Huibers

jos.huib@icloud.com