Meer tijd voor restauratie Zusterhuis na tussenkomst DHC advocaten
25 april 2022 om 14:00 HistorieGORINCHEM Pas na een beroep bij de rechtbank is het monumenteneigenaar Martin Hoeflaak gelukt de dwangsom van 10.000 euro van de gemeente Gorinchem van tafel te krijgen. In oktober vorig jaar werd zijn bezwaar tegen de dwangsom behandeld in de bezwarencommissie. De dwangsom werd opgelegd omdat Hoeflaak volgens de gemeente het pand Zusterhuis 8 niet snel genoeg restaureerde.
Hoeflaak kocht het 17e eeuwse pand - een rijksmonument - tegenover de Grote Kerk in 2014 en besteedt sinds die tijd elk vrij uurtje aan de restauratie. Omdat het pand geen achterom heeft, werkt hij van boven naar onder en vervolgens van achter naar voren. De dwangsom van de gemeente om bijvoorbeeld de voordeur snel te vervangen zag hij dan ook als verspild geld. ,,Al mijn materiaal moet ik via de voordeur aanvoeren, als ik deze nu vervang, dan is de kans groot dat de deur weer beschadigd wordt bij het aanvoeren van materiaal en heb ik straks dubbele kosten”, zo laat hij weten. De restauratie van het pand liep niet helemaal volgens planning, zo bleek al snel dat het dak zo slecht was, dat het direct moest worden vervangen. In 2017 kreeg Hoeflaak een ongeluk op een rotonde in Gorinchem en zat bijna een jaar lang zonder inkomsten thuis. Hoeflaak heeft een eigen klusbedrijf.
NIET GEHOORD Tijdens de behandeling van zijn bezwaar tegen de dwangsom liet hij ook weten graag in gesprek te gaan met de gemeente om over de voortgang van de restauratie nadere afspraken te maken. Tot tweemaal toe ging een afspraak niet door, de eerste keer vanwege ziekte van een jurist, de tweede keer vanwege de coronapandemie. Daarop kreeg hij op 22 juni 2021 een dwangsom opgelegd van 10.000 euro, indien hij niet binnen drie weken de voorgevel zou opknappen. Na behandeling van zijn bezwaar in oktober vorig jaar handhaafde het college de dwangsom. Toen kwam DHC Advocaten in beeld. ,,Zij hadden via het krantenartikel in Stad Gorinchem gelezen over die dwangsom en wilde mij wel helpen”, zo vertelt Hoeflaak.
Gemeente en monumenteneigenaar stonden recht tegenover elkaar terwijl ze beiden hetzelfde doel hebben, namelijk een mooi pand
MENSELIJKE BENADERING Advocaat Maarten Smits van DHC Advocaten laat weten dat ze het besluit tot opleggen van de dwangsom juridisch hebben getoetst en vervolgens beroep bij de rechtbank hebben aangetekend. ,,Binnen een week volgde een gesprek met de wethouder hier op kantoor. De gemeente zat er zo strak in, kennelijk was de rechtbank nodig als stok achter de deur. Gemeente en monumenteneigenaar stonden recht tegenover elkaar terwijl ze beiden hetzelfde doel hebben, namelijk een mooi pand. De gemeente kan dan beter kiezen voor een menselijke benadering en in gesprek gaan in plaats van een formele brief te sturen en te dreigen met procedures.” Ook Hoeflaak kreeg snel een uitnodiging voor een gesprek. ,,Daar had ik zelf ook al twee jaar lang om gevraagd. Tijdens het gesprek heb ik mijn plan van aanpak voorgelegd. Daar konden ze zich in vinden.” Hoeflaak blijft zich verbazen over de in zijn ogen stugge houding van de gemeente. ,,Triest dat je als burger niet gehoord wordt, maar een andere partij nodig hebt om in gesprek te gaan.”
ONDERDORPEL In maart besloot het college dat de dwangsom van 10.000 euro wordt opgeschort. In plaats daarvan moet het visueel verbeteren van de voorgevel (kozijnen schilderen en aflakken voordeurkozijn) voor 30 juni 2022 gereed zijn. Het aanscherven van de onderdorpels van de kozijnen moet voor 31 augustus af zijn, evenals het aflakken van de kruisroedes en kozijnen. Een ruit van het linker bovenraam moet worden vervangen door monumentenglas. Het gronden en aflakken van de kozijnen op de bovenverdieping moet op 30 september 2023 gereed zijn. Als deze vier data worden overschreden moet Hoeflaak steeds een dwangsom van vierduizend euro betalen. ,,In mijn plan van aanpak staat een complete tijdlijn. Zo wordt volgende week de onderdorpel geleverd. Voor sommige materialen heb je te maken met levertijd, zoals het monumentale isolatieglas.”
