Omstreden woningbouwplan Woudrichem vernietigd door Raad van State

DEN HAAG De bouw van 100 woningen in het project Op ’t Loev in Woudrichem kan niet doorgaan. De Raad van State vernietigde vandaag het bestemmingsplan voor dit project na bezwaren van omwonenden, het provinciebestuur van Noord-Brabant en de Stichting Respectvolle Ontwikkeling Hoge Maasdijk.

De naam van die stichting verraadt precies het probleem waar de Raad van State op is gestuit. De gemeenteraad van Altena heeft door in te stemmen met de woningbouw te weinig oog gehad voor onder andere de cultuurhistorische waarden in dit gebied.

Alle bezwaarmakers voerden aan dat het bouwplan een onaanvaardbare aantasting betekent van het Nationaal Landschap Nieuwe Hollandse Waterlinie (NHW). Daardoor is het plan in strijd met provinciale regels. ,,Op geen enkele wijze is onderbouwd hoe het plan bijdraagt aan het behoud, herstel en de ontwikkeling van de kernkwaliteiten van de NHW”, betoogde het provinciebestuur.

UNESCO-WERELDERFGOED Verder is de gemeenteraad voorbijgegaan aan een advies van de Kwaliteitscommissie NHW. Die had onder andere voorgesteld om een andere bouwlocatie te zoeken. De Nieuwe Hollandse Waterlinie is voorgedragen voor een plek op de lijst van Unesco-Werelderfgoed.

Volgens het gemeentebestuur is het plangebied aan de Hoge Maasdijk nu een vervallen bedrijventerrein. Het woningbouwplan zal een verbetering brengen met veel groen en meer openheid dan nu. Ook ontstaan er meer zichtlijnen op de cultuurhistorisch waardevolle omgeving. En daarom draagt het plan juist bij aan de kernkwaliteiten van de NHW.

GEHAKT Maar de Raad van State maakt gehakt van dit verweer. De Raad vindt het nog wel aannemelijk dat de bebouwing op het terrein afneemt in vergelijking met de huidige situatie. Maar de nu toegelaten bouwhoogtes voor de woningen doorkruist die openheid weer. En daarom draagt het plan juist niet bij aan de kernkwaliteiten van de NHW.

De Raad constateert ook dat het plan onvoldoende bescherming biedt bij hoogwater. Dat had in de planregels beter moeten worden geregeld. Verder vindt de Raad dat de gemeenteraad in strijd handelt met eigen beleid. Daarin staat dat bij nieuwe bouwplannen moet worden aangesloten bij de huidige hoogte van de gebouwen. De gemeenteraad heeft niet goed gemotiveerd waarom dit beleid opzij is geschoven.

Tenslotte oordeelt de Raad dat het beschermde stadgezicht niet goed is gewaarborgd in het bestemmingsplan. En evenmin is goed rekening gehouden met de windvang van de nabijgelegen molen door de hoge woonbebouwing.

De gemeente mag een nieuw plan maken.