Papendal als opleidingsterrein
3 juli 2007 om 00:00 NieuwsAanvankelijk zouden de lessen in Utrecht gevolgd worden, maar dat is uiteindelijk Arnhem geworden. Een onbeduidende adreswijziging? Niet bepaald. Het vervangende decor werd de bijna heilige Olympische trainingsgrond van Papendal. Een unieke belevenis voor de twee vechtsportleraren (senseis). ,,We hebben praktijktrainingen gehad in de oefenruimte van het Olympische Taekwondo team. Dat is normaal strikt verboden terrein. We kregen een kijkje in de Olympische wereld. Uniek.” Ervan uitgaande dat Van Puffelen het praktijkdeel voor de jaarwisseling ook weet te halen, is het duo rijkserkend gediplomeerd vechtsportleraar. Hiermee kunnen de twee les geven volgens de eisen van het NOC*NSF en het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS).
De opleiding, georganiseerd door de Federatie Oosterse Gevechtskunsten (FOG), kende zware toelatingseisen en slokte gedurende de drie maanden zeer veel tijd op. ,,Maar het was het meer dan waard”, volgens het duo. ,,We hebben het gedaan uit liefde voor de sport, maar ook zeker om de kwaliteit van onze lessen te verbeteren. We hebben veel onderwijs gerichte dingen geleerd. Dingen die je bij het behalen van je zwarte band niet mee hebt gekregen van je eigen leraar. Als je de zwarte band hebt, wil dat niet per definitie zeggen dat je ook verantwoord les kan geven. Je gaat lesgeven volgens de methoden van je eigen leraren, maar het is helemaal niet gezegd dat dit de beste methoden zijn. In de toekomst kunnen we wel optimaal lessen gaan geven.” Er werd bij de cursus aandacht besteed aan de geschiedenis van vechtsport. Ook kwamen onderdelen als pedagogiek en didactiek, veiligheid en gezondheid uitgebreid aan bod, alsmede E.H.B.O. en fysiotherapie. Het tweetal leerde lesplannen opstellen, coachen en organiseren. ,,Je leert hoe je beter om kan gaan met je leerlingen en je kunt beter inspelen op situaties.” Tijdens de opleiding, volgens het moderne onderwijs, worden onder andere de leerstijlen van Kolb, het lesplan van Van Gelder en de Taxonomie van Bloom behandeld.
LMA is gelijkwaardig aan CIOS (Centraal Instituut Opleiding Sportleraars), maar dan speciaal voor vechtsporten. De toelatingseisen waren dan ook zwaar. Het instapniveau van elke cursist is onder andere een afgeronde MBO-opleiding. De opleiding bestond uit 12 lesdagen en een examendag. Er moest gedurende 15 uur stages gevolgd worden. Daarnaast moest er vijf uur besteed worden aan observatie van afgestudeerde leraren. ,,Iedere zaterdag of zondag van 10.00 tot 17.00 uur, naast je werk. Dat hakt er in. Maar dat is gewoon nodig om je zoveel stof in drie maanden eigen te maken.” Van Puffelen mag na drie maanden op herkansing voor zijn laatste onderdeel. Hij knikt.,,Gaat goedkomen.”
