‘Met deze middelen wil ik de uitdaging aangaan’

2 december 2008 om 00:00 Nieuws

GIESSENBURG/GORINCHEM - ,,Je kunt als trainer spelers een beetje helpen. Verder moet je ze vooral niet in de weg lopen. Een trainer die na afloop zegt dat de spelers hun opdrachten goed hebben uitgevoerd, kraamt in mijn ogen onzin uit. Ze maken zelf de keuzes in het veld. De rol van een trainer wordt zwaar overschat.” Wie het regionale voetbalwereldje de afgelopen jaren een beetje heeft gevolgd zal het niet verbazen dat deze relativerende en zelfkritische uitspraken op conto komen van Peter van Opijnen. Alhoewel, hij was vier jaar uit beeld. Stond ook nooit langs de lijn te kijken. ,,Behalve twee seizoenen geleden bij Peursum. Ik ben toen een wedstrijdje gaan kijken omdat ik altijd al het gevoel had dat ik wel bij die club zou passen.” Met ingang van volgend seizoen is de Gorcumer hoofdtrainer van de vierdeklasser uit Giessenburg.

Van Opijnen was zes jaar hoofdtrainer van GJS. Een vereniging waar hij in alle vrijheid zijn trainersfilosofie kon uitoefenen. Waar hij kon kneden aan een jong team dat van lieverlee het tweede klasse-niveau ontsteeg en na een zeer moeizame start met zeven nederlagen in acht wedstrijden ook in de eerste klasse indruk maakte. De Gorcumse Jonge Spartanen behaalden twee keer de nacompetitie. Een unieke prestatie, zeker als het wordt afgezet tegen de huidige prestaties van het Dalemse keurkorps. GJS daalde vorig seizoen af naar de tweede klasse waar het dit seizoen in de onderste regionen ronddwaalt. ,,Ik heb wel eens tegen de spelers gezegd: je zal er wel achter komen als ik weg ben.” Van Opijnen zegt het met een glimlach. Hij loopt niet met zichzelf te koop en verstaat de kunst van het relativeren. ,,Van de buitenkant zag het er leuk uit bij GJS, maar het ging echt wel met horten en stoten. Het was een continue proces van fouten maken en weer een stapje beter en slimmer worden. Daarbij had ik als trainer het geluk dat de spelers er vol voor gingen en dat het al die jaren dezelfde groep was. Dan pas kun je progressie maken, dan pas kan ik als trainer mijn ei kwijt. Met alle respect voor bijvoorbeeld Stedoco. Niets mis mee wat ze daar doen, maar ik zou daar niet kunnen werken met elk seizoen allerlei verschuivingen. Ik wil kunnen bouwen aan een vast team met het liefst zoveel mogelijke jonge spelers. Die parallellen zie ik tussen GJS en Peursum en dan maakt het me niet uit vanaf welk niveau we volgend seizoen beginnen. Het liefst natuurlijk in de derde klasse want het zou leuk zijn voor die jongens als ze dit seizoen promoveren, maar voor mij maakt het niet uit.”

Peursum weet wat het in huis haalt. Van Opijnen eist onvoorwaardelijke inzet en kan bikkelhard zijn als een speler het teambelang ondermijnt. ,,Fouten maken is niet erg. Als iemand de ene week tachtig fouten maakt en een week later nog maar 75, gaan we de goede kant op. Je oefent iets wel honderd keer op een training en als het dan na een paar maanden ook in wedstrijden eruit komt, vind ik dat prima. In dat opzicht ben ik geen harde trainer en leg ik de lat niet hoog want voorop staat dat iedereen met plezier naar de training gaat en het spelletje leuk blijft vinden. In welk opzicht ik de lat wél hoog leg is dat het héél intensief wordt. Voor iedereen. Het gaat veel kracht kosten en daar moet je in mee willen gaan, anders werkt het niet. Concreet betekent dat gewoon dat als we bijvoorbeeld om acht uur trainen we om dertig seconden over acht al intensief bezig zijn. Pas om half tien kan de stoom er een beetje af.” Van Opijnen zegt op trainingen vaak de confrontatie te zoeken. ,,Ik kies vaak voor trainingsvormen waarbij ik als trainer het overzicht heb. Spelers moeten nadenken over hoe ze een bal inspelen, hoe ze zich vervolgens aanbieden en de opening zoeken. Als het fout gaat grijp ik meteen in. Ik ben wel een trainer die corrigeert, vragen stelt en de discussie aangaat. Wat je dan wilt is dat het in de hoogste versnelling wordt uitgevoerd en dat keer op keer zodat het ook op zaterdag zichtbaar wordt.”

Van Opijnen kon de afgelopen jaren gemakkelijk afstand nemen van het voetbal. Hij miste het niet en heeft in al die tijd slechts één keer een wedstrijd bekeken. Ook op tv kijkt hij uitsluitend samenvattingen. ,,Voor een neutrale toeschouwer is voetbal toch maar een saai spelletje? Ik houd het niet vol om twee keer 45 minuten naar twee ploegen te kijken waar ik niets mee heb. Zeker als het geen lekker weer is kan ik mijn tijd wel beter besteden. Betaald voetbal kan me in negen van de tien gevallen gestolen worden, zeker vanwege het gedrag van veel spelers. Wat die Lazovic vorige week flikte kan toch niet!?” Wat hij noemt de Nederlandse mentaliteit stuit hem ook tegen de borst. ,,Nederland - Rusland op het EK is daar een typisch voorbeeld van. We zouden wel even Europees kampioen worden. Die Russen konden niets klaarmaken tegen ons. Hoe we in de val zijn gelopen vertelt het hele verhaal. Onderschatting, compleet overlopen en dus dikverdiend verloren. Guus Hiddink verdient wél alle credits. Hij weet het psychologische spelletje perfect te spelen en kan als geen ander de juiste personen om zich heen verzamelen.” Volgens Van Opijnen zijn er maar een paar goede trainers. ,,Een speler noemde mij eens een kopie van Co Adriaanse. Als ik het daarmee moet doen, kan ik daar wel mee leven.”

,,Het is een vaste kern met jongens die de club niet snel zullen verlaten. Met die middelen wil ik de uitdaging aangaan en als het van twee kanten klikt kan dat net als bij GJS best voor een lange periode zijn.”

advertentie
advertentie