,Dat heerlijk symbool van het licht in duistren nacht.’

22 december 2009 om 00:00 Nieuws

GORINCHEM - Heel Gorinchem wordt in deze donkere decembermaand verlicht. In de winkelstraten hangen prachtige bogen met lampjes, in vele huizen staan weer kerstbomen vol ballen, engelenhaar en lichtjes en zelfs de dennenbomen in de tuin zijn in een feestelijk lichtjasje gestoken. Het lijkt erop dat de traditionele kerstviering niet getroffen wordt door de economische crisis waarin ons land verkeert. Mogelijk houden we ons juist in deze dagen vast aan eeuwenoude tradities om zo een gevoel van veiligheid en geborgenheid te creëren. Maar zijn die tradities wel eeuwenoud? Zeker, in de middeleeuwen en de vroegmoderne tijd werd het kerstfeest al gevierd met een bezoek aan de kerk en een feestelijke maaltijd, maar de kerstboom is een betrekkelijk recent verschijnsel waarop we hier zullen ingaan.

Dit is het laatste artikel in een reeks van 12 die maandelijks in de krant verscheen. Aanleiding voor deze reeks is het honderdjarige bestaan van de historische vereniging Oud-Gorcum. Het aan het jubileum gekoppelde feestthema is ‘feesten, uitgaan en vertier’. Elke maand is er een feest of een vorm van vermaak dat typisch is voor die maand. In deze laatste aflevering het Kerstfeest. Door Aron de Vries

De wieg van de kerstboom staat in de Elzas. Hier komen we al in de 16e eeuw de verkoop van dennenbomen tegen die versierd werden met appels, rozen en andere bloemen gemaakt uit gekleurd papier en blaadjes van bewerkt metaal. Op het eind van de 18e eeuw werden vergulde en verzilverde noten en hosties in de boom gehangen. Deze traditie verspreidde zich door het gehele Duitse rijk. Pas rond 1840 kwam de kerstboom in zwang in andere Europese landen, waaronder Nederland. Aan de verschillende Europese hoven werden kerstbomen geplaatst met zeer rijke geschenken. Zo konden jaarlijks enkele kinderen uit het dorp de boom komen bewonderen op paleis het Loo. Het plaatsen van een boom werd al snel gevolgd door de gegoede burgerij.

In Gorinchem werden in 1874 door de heer E., wonend op de Langendijk, “eenige kinderen uit den min gegoeden en behoeftigen stand, ten zijnen huize aan eenen fraaien kerstboom genoodigd, alwaar zij, na onthaald te zijn op krentebroodjes en chocolade, ieder met een geschenk werden vereerd.” In de krant stond hierover verder: “Hulde alzoo aan die meer bevoorrechten, die hunne minder bedeelde natuurgenooten op die wijze een aangename avond bereidden; gewis nog lang zal de herinnering aan dien avond in de kinderharten bewaard blijven.”

De populariteit van de kerstboom groeide echter vooral door de protestantse zondagsschool, de katholieke kerk moest er aanvankelijk maar weinig van hebben. De school was niet alleen een geschikte manier om het evangelie te verspreiden maar ook om armen vanuit een sociale betrokkenheid verder te ondersteunen. Zo zien we in 1874 dat er ook in Gorinchem een boom werd opgetuigd bij de zondagsschool. Er werd een kerstfeest gevierd met 500 kinderen en nadat enige sprekers het woord hadden gevoerd en enkele stichtelijke liederen waren gezongen, kreeg iedereen een presentje en krentenbrood met melk.

Een journalist, of mogelijk een direct betrokkene, besprak het kerstfeest gegeven door de “dames-onderwijzeressen der zondagsschool van den Protestantenbond” in 1892. Hij schreef: “Want mooi was hij, die lichtende boom met dat tal van kleurige versierselen tusschen het donkere groen, dat heerlijk symbool van het licht in duistren nacht. En al mogen er nu menschen zijn, die het feest bij den Kerstboom afkeuren, omdat het geen echt Hollandsch feest is, welnu, gelijk hebben zij dat het ingevoerd is uit den vreemde, maar gelijk had ook de spreker van dezen avond, toen hij die viering zoo toejuichte, gelijk had hij toen hij dit feest een heerlijk feest noemde. Waarlijk er wordt wel heel wat slechters uit den vreemde geïmporteerd.”

Tegenstanders wezen ook op het brandgevaar, want er werden waskaarsjes in de boom geplaatst. Zo werd in 1926 een uitslaande brand slechts voorkomen bij de heer Van der Plank in de Arkelstraat doordat een “Pyrene brandblusch-apparaat” aanwezig was. Naast de boom had men dan ook vaak een sifon spuitwater staan om het beginnende brandje te blussen. In de twintiger jaren werden kunstbomen verkocht, die minder snel vlam konden vatten, en vanaf de dertiger jaren zien we ook elektrische kerstboomverlichting, maar enkele bomen zijn ook afgebrand door kortsluiting. Pas in de vijftiger jaren gingen veel gezinnen daadwerkelijk over tot de aanschaf van elektrische kerstboomverlichting en was er de traditionele kerstboom zoals we die nu kennen.

Mogelijk kijkt u rond de kerstdagen naar een verfilming van een van de boeken van Charles Dickens (1812-1870). Geheid ziet u dan veelvuldig kerstbomen voorbijkomen, maar dit was toen duidelijk een nouveauté. In het kerstverhaal “A Christmas Tree” uit 1850 schreef de grote meester dan ook verwonderd: “I have been looking on, this evening, at a merry company of children assembled round that pretty German toy, a Christmas Tree.” We mogen de Oosterburen dankbaar zijn dat ze zoveel licht hebben gebracht in de Gorcumse straten en huiskamers.

advertentie
advertentie